Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Berlijn, voorjaar 1945. De stad wordt dag en nacht gebombardeerd. De Nazi-top beveelt de bevolking stand te houden, de Hitlerjeugd vecht tegen de Russische tanks en om iedere vierkante meter wordt bloedig gevochten. Het oorlogsgeweld woedt evenzeer rond Ackerstrasse nr 37, het huis waar de familie Gebhardt woont. En dan is de oorlog afgelopen en wordt Berlijn door het Russiche leger bezet. Anna Gebhardt is dan twaalf jaar en omdat haar grootmoeder het veilig vindt dat ze als jongen verkleed gaat, moeten ook haar lange vlechten afgeknipt worden. Anna heeft nog geluk; ze heeft een huis en een familie. Ze is graag bij haar vrolijke oom Heiz en met haar tante Mieze maakt ze toekomstplannen. Maar op een dag staat er een wildvreemde, broodmagere man voor de deur: het is haar vader, Hans Gebhardt, die uit het concentratiekamp bevrijd is. Anna is eerst eigenlijk alleen maar bang voor hem...

Jeugdliteratuur --- Jeugdliteratuur ; verhalend --- Wereldoorlog II --- Wereldoorlog II ; verhalen

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Dutch literature --- Letterkunde --- Novellen --- Vlaanderen ; verhalen --- Vlaanderen --- Wereldoorlog II ; verhalen --- Wereldoorlog II --- literatuur ; verhalend

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Dutch literature --- Letterkunde --- literatuur ; verhalend --- Schuldvraag --- Schuldvraag ; verhalen --- Tweelingen --- Tweelingen ; verhalen --- Wereldoorlog II --- Wereldoorlog II ; verhalen

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Rêveuse sjokte op haar gemak verder. Stofwolken dwarrelden op. Plotseling zag ik langs de kant van de weg een groepje haveloze kinderen staan. Het oudste, een lang mager meisje van mijn leeftijd, met diepliggende ogen en dof zwart haar, hield een baby tegen haar borst geklemd. De vale jurk leek ieder moment van haar smalle schouders te zullen glijden. Achter haar stonden twee jongens, in een gerafelde broek, op blote voeten. Ze zouden een tweeling kunnen zijn. Toen we vlak bij de kinderen waren hield Rêveuse in. Net als ik verwachtte de merrie dat grootvader zou stoppen om ze iets te geven: wat geld, een stuk brood, een slok water. Maar hij klakte met zijn tong en maande haar verder te lopen. En zo passeerden we de kinderen, alsof grootvader ze niet had gezien. Het meisje strekte haar hand nog verder uit en raakte me bijna aan, terwijl ze met haar peilloze, donkere ogen smeekte om eten. Ik huiverde. Ze had de ogen die ik altijd in mijn angstdroom zag. "Opa, ze hebben honger!" zei ik. Grootvader draaide zijn hoofd naar me toe. De zon glinsterde in zijn grijze ogen. "Wie?" vroeg hij lachend, "de koeien?" "Neen, de kinderen!" riep ik uit. En ik wees naar achteren. maar toen ik keek, waren ze verdwenen.

English literature --- Grootouders ; verhalen --- Grootouders --- Historische verhalen --- Jeugdliteratuur --- Jeugdliteratuur ; verhalend --- Jodenvervolgingen ; verhalen --- Jodenvervolgingen ; Wereldoorlog II --- Wereldoorlog II ; verhalen

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

jeugdliteratuur --- historische roman --- Wereldoorlog II --- Jeugdliteratuur ; verhalend --- Jeugdliteratuur --- Oorlog en vrede --- Oorlogsverhalen --- Waar gebeurde verhalen --- Wereldoorlog II ; verhalen